GOTS-richtlijnen - strenge Global Organic Textile Standard

Deze standaard wordt niet rechtstreeks door het IVN toegewezen, maar door de "Global Organic Textile Standard International Working Group". Dit is dus geen directe IVN-standaard. Het IVN is echter lid van deze werkgroep en heeft een leidende rol gespeeld bij de ontwikkeling van de GOTS. Deze internationaal opgestelde standaard voor natuurtextiel is gebaseerd op de oude norm "IVN-gecertificeerd" en wordt vanuit het oogpunt van het IVN beschouwd als de minimum standaard voor consequent natuurtextiel.

• Het GOTS-label kan al worden toegekend aan textiel dat "slechts" bestaat uit 90 % natuurvezels - tot 10% synthetische vezels of viscose mag worden toegevoegd. (Bij sokken, leggings en sportkleding mag zelfs 25 % worden toegevoegd). Dit betekent echter niet dat een GOTS-gecertificeerd product niet van 100 % natuurvezels kan zijn gemaakt.
• Het aandeel van vezels uit gecontroleerde biologische teelt (kba) of uit gecontroleerde biologische veehouderij (kbt) wordt op het label vermeld:
  Als de status "ecologisch/uit gecontroleerde biologische teelt" is, moet ten minste 95 % van het textiel afkomstig zijn uit kba of kbt.
  Als de status "?X procent bio?" is, moet ten minste 70 % van de vezels afkomstig zijn uit kba of kbt.
• Tijdens de vezelvoorbereiding mag het bleken alleen met zuurstof worden uitgevoerd, de wol mag niet worden gechloreerd. Een mechanische of thermische behandeling van de vezels is ongevaarlijk en toegestaan.
• Voor het kleuren of bedrukken van de weefsels mogen alleen middelen worden gebruikt die onschadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Het gebruik van azo-kleurstoffen en andere bedenkelijke kleuren die zware metalen of aromatische oplosmiddelen bevatten, is verboden.
• De weefselafwerking mag alleen mechanisch, thermisch of met andere fysische middelen worden uitgevoerd. Synthetische additieven zijn alleen toegestaan voor het week maken, vollen en vervilten.
• Alle stoffen die in het productieproces worden gebruikt, moeten biologisch afbreekbaar zijn en mogen geen belasting voor de natuur vormen. Problematische stoffen zoals formaldehyde, chloorfenolen, aromatische oplosmiddelen, bepaalde halogeenverbindingen en giftige zware metalen mogen niet worden gebruikt.
• Bestanddelen zoals ritssluitingen en paspelbanden mogen volgens de GOTS van viscose worden gemaakt. Metalen onderdelen moeten chroom- en nikkelvrij zijn om allergieën te voorkomen.
• Voor de kwaliteitsborging moet het textiel aan bepaalde eisen voldoen - lichtvastheid, zweet- en speekselvastheid, wasvastheid en inkrimping worden getest. Het afgewerkte product wordt vervolgens onderworpen aan een test op productieresten. Hierbij wordt gezocht naar een aantal stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Er worden ook strikte grenswaarden toegepast.
• De GOTS hanteert ook minimum standaarden op sociaal gebied, die door de "International Labour Organisation" zijn vastgelegd. Zo zijn dwang- en kinderarbeid, mishandeling en discriminatie verboden. Eerlijke lonen, gezondheids- en werkveiligheidsmaatregelen, evenals vrijheid van vereniging moeten wel worden gegarandeerd.

Auteur: AKI
Bronnen:
https://www.global-standard.org/de/
https://www.siegelklarheit.de/gots-global-organic-textile-standard-30

Afsluitende opmerking van allnatura:

Als zuivere handelaar is allnatura zelf niet GOTS-gecertificeerd. Ook onze leveranciers, meestal kleinere fabrieken, schrikken vaak terug voor de administratieve kant van een certificering, hoewel ze meestal voldoen aan de catalogus van specificaties. Om een hoge kwaliteitsstandaard alsnog te garanderen, voert allnatura op het gebied van natuurtextiel onder eigen naam ook regelmatig testen op schadelijke stoffen uit via het Bremer Umweltinstitut. Deze testen worden volgens de richtlijnen van het IVN doorgevoerd, waarbij ook rekening wordt gehouden met de vereisten van ÖKO-TEST.